Zomer 1975. Roermond had zich vakantievierend neergevlijd op de oevers van grindgat de Weerd. Een perfecte zomerdag: zon, water en tussendoor ijsjes, cola en chips bij Barten. De ’dikke Mercedes’ met Duits kenteken die aan de rand van de weg parkeerde, viel nauwelijks iemand op. Nog niet!

Uit het vehikel stapte een zwaarlijvige Duitser met dito echtgenote en een trits kinderen. Hijgend en puffend laadde hij een berg spullen uit de achterbak van zijn auto en nam toen als een veldheer het terrein in ogenschouw.

Toen hij kennelijk een goede ligplek had gespot, liep hij er met een gevulde draagtas naartoe. Het tafereel had inmiddels de aandacht van het hele strand. Terwijl zijn vrouw en dreinende kinderen wachtten bij de auto, bukte de man zich en haalde uit de draagtas een aantal houten piketpaaltjes, een lint en een hamer.

Moeizaam kruipend begon hij zich schaamteloos een behoorlijk gedeelte van de Weerd toe te eigenen door de paaltjes in de grond te slaan en die vervolgens met elkaar te verbinden met vuurrood lint. De spanning om hem heen steeg sneller dan de temperatuur die dag, al had hij dat zelf totaal niet in de gaten.

Toen hij klaar was, pakte hij een vel papier en hing dat aan het lint. Met dikke zwarte letters stond er: ’Eigenes Gebiet’. Daarna rechtte hij moeizaam het lijf en wenkte naar zijn vrouw en kinderen dat ze konden komen.

Dat deden ze echter niet. Integendeel. De moeder stopte uiterst gehaast de spullen en de kinderen in de auto en ging er toen snel zelf bij zitten. Zij zag ongetwijfeld wat de man op dat moment nog niet zag. Namelijk dat enkele Roermondse mannen achter zijn rug dreigend op hem afliepen.

Het besef drong echter snel door toen de mannen hem in onvervalst bargoens Roermonds hun mening duidelijk maakten over deze bezetting. Ze trokken woest de piketpaaltjes uit de grond en reten vloekend het lint aan stukken.

Maar de Duitser zag en hoorde het allemaal niet meer. Hij had kennelijk snel een risico-inschatting gemaakt en haastte zich zo snel als hij kon naar zijn auto. Hij stapte in, startte en reed met gierende banden weg. De paaltjes en de hamer die hem na werden gegooid misten de auto op een haar na.

Een in de haast achtergelaten krat Duits bier werd geconfiskeerd en kwistig uitgedeeld. Genietend van deze ’toeristenbelasting’ keerde de rust snel weer.